Winstdaling Ermenegildo Zegna in 2014

2014 was een zwaar jaar voor Ermenegildo Zegna. De Italiaanse luxe modegroep zag de nettowinst dalen als gevolg van de sterke euro, krimp in China en Rusland en uitzonderlijke belastinguitgaven. Ook drukten investeringen in de herlancering van het Agnona merk en diens productie de winst.

Het bedrijf rapporteerde in 2014 een nettowinst van 71 miljoen euro, een daling van 39 procent ten opzichte van het jaar ervoor. De brutowinst daalde met 28 procent naar 185 miljoen euro, terwijl de omzet afnam met 4,7 procent naar 1,21 miljard euro.

Nadruk op internationale omzet

Topman Gildo Zegna zei in een verklaring dat het bedrijf de krimp in China en Rusland te lijf gaat met investeringen in eigen winkels en in groothandelsactiveiten via samenwerkingen met grote retailketens in Noord Amerika. De Verenigde Staten zijn, op China na, de grootste markt van de groep. Zegna genereert ruim 90 procent van de groepsomzet in het buitenland.

Vorig jaar rondde Zegna de reorganisatie van de productie af die in 2013 van start ging. Ook nam het bedrijf een meerderheidbelang in een Merinowolboerderij in Australië. Voorts legt Zegna de nadruk op duurzaam ondernemen door in 2015 ruim 5 procent van de nettowinst te doneren aan milieubescherming en projecten in lokale gemeenschappen. Zo werd in 2014 het Ermenegildo Zegna Founder Scholarships fonds opgericht.

Zegna investeerde ook zo’n 20 miljoen euro in de versterking van de eigen productieketen in Italië. Het bedrijf nam een kledingfabriek over in San Pietro Mosezzo, een jassen-en schoenenfabriek in Parma en een breigoed fabrikant in Verrone. Volgens het bedrijf zijn deze productiecentra overeenkomstig de milieu- en gezondheidseisen gebouwd en leveren ze de beste kwaliteit.

Aan het einde van 2014 telde de groep 525 verkooppunten, waarvan 298 eigen winkels. In 2015 zal Zegna verkooppunten openen in Miami, New York, Osaka en Tokyo.